Bereiden

1. Vet de taartvorm in en bestrooi hem met 1 eetlepel bloem.
2. Kneed met koele hand snel een deeg van de bloem en de rest van de deegingrediënten en voeg een snuf zout toe. Druk het deeg gelijkmatig in de vorm en snijd de randjes netjes bij. Laat het deeg afgedekt opstijven in de koelkast.
3. Verwarm de suiker met 150 ml water tot de suiker is opgelost en laat zachtjes inkoken tot een siroop.
4. Boen de citroenen goed schoon en snijd ze in plakken van 1/2 cm. Leg ze in de siroop en laat ze op lage stand 10 minuten zachtjes koken.
5. Neem de plakjes citroen uit de siroop als de schil iets doorschijnend is en leg ze op een stuk bakpapier om af te koelen. Verwarm de oven voor op 180°C.
6. Prik met een vork gaatjes in de deegbodem en bak de bodem 10 minuten voor. Neem de bodem uit de oven en laat op een rooster afkoelen.
7. Klop ondertussen de ricotta los met de crème fraîche, de basterdsuiker, de eieren, de citroenrasp en citroensap. Giet de vulling in de deegbodem en schud zodat er geen luchtbellen ontstaan. Strijk de bovenkant glad.
8. Bak de taart op dezelfde temperatuur in circa 20 minuten gaar in de oven.
9. Laat de taart afkoelen en bekleed hem dan met de plakjes citroen. Laat de taart eventueel afgedekt helemaal koud worden in de koelkast.